Spring naar inhoud

Bijlagen

​I Samenstelling bestuur en commissies per 31 december 2023

De samenstelling van het bestuur is als volgt:

Naam Functie Vertegenwoordiging Lid van het bestuur sinds Einde zittingsduur
         
B.A.A.M. van der Stee Voorzitter Werkgever 03-09-2019 03-09-2027
P.A.W. Edgar Plv. voorzitter Werkgever 29-10-2019 10-12-2025
M.H.W. Rovers Lid Werkgever 01-08-2023 01-08-2027
H. Busstra Plv. lid Werkgever 29-08-2022 29-08-2026
N. Lieman Secretaris Deelnemers 30-05-2020 30-05-2024
W.J.L. van Pelt Lid Deelnemers 12-07-2022 12-07-2026
F. van der Linden Lid Deelnemers 12-07-2022 12-07-2026
R.J.J. Dudink Lid Deelnemers 29-07-2023 29-07-2027
M.C.P. Leliefeld Plv. lid Deelnemers 30-10-2023 30-10-2027
J.J.M. Verhoef Lid (Pre)gepensioneerden 01-07-2018 01-07-2025
R.G. Timmer Lid (Pre)gepensioneerden 01-07-2021 01-07-2025
F. Lemkes Plv. lid/ Plv. secretaris (Pre)gepensioneerden 26-04-2022 01-07-2025

Bestuur

Namens de werkgever

Dhr. drs. B.A.A.M. van der Stee Dhr. P.A.W. Edgar arts MBA
Functie in bestuur: voorzitter (extern lid) Functie in bestuur: plaatsvervangend voorzitter
Bestuurslid vanaf: 03-09-2019 Bestuurslid vanaf: 29-10-2019
Einde zittingstermijn: 03-09-2027 Einde zittingstermijn : 10-12-2025
Geboortejaar: 1956 Geboortejaar: 1958
Nevenfuncties: Nevenfuncties: Verzekeringsarts bij UWV
⚫ Voorzitter Hoogovens pensioenfonds  
⚫ Voorzitter van de Wil Schellekens Stichting te Heerlen; en  
⚫ Voorzitter beleggingscommissie DELA verzekeringen.  
   
Mw. H. Busstra Dhr. M.H.W. Rovers
Functie in bestuur: plaatsvervangend bestuurslid Functie in bestuur: bestuurslid
Bestuurslid vanaf: 29-08-2022 Bestuurslid vanaf: 01-08-2023
Einde zittingstermijn: 29-08-2026 Einde zittingstermijn: 01-08-2027
Geboortejaar: 1983 Geboortejaar: 1961
Nevenfuncties: Strategisch beleidsadviseur bij UWV Nevenfuncties:
  ⚫ Programmadirecteur Sociaal-Medische Zaken UWV
  ⚫ Vicevoorzitter RvT – VO Haaglanden (tot 1-5-2023); en
  ⚫ Voorzitter Stichting Wijkberaad Vruchtenbuurt.

Namens de deelnemers

Dhr. R.J.J. Dudink Dhr. N. Lieman
Functie in bestuur: bestuurslid Functie in bestuur: secretaris
Bestuurslid vanaf: 29-07-2023 Bestuurslid vanaf: 30-05-2020
Einde zittingstermijn: 29-07-2027 Einde zittingstermijn: 30-05-2024
Geboortejaar: 1961 Geboortejaar: 1981
Nevenfuncties: Senior Auditor bij Accountantsdienst UWV Nevenfuncties: Internationaal Businessadviseur UWV
   
Dhr. W.J.L. van Pelt Dhr. F. van der Linden
Functie in bestuur: bestuurslid Functie in bestuur: bestuurslid
Bestuurslid vanaf: 12-07-2022 Bestuurslid vanaf: 12-07-2022
Einde zittingstermijn: 12-07-2026 Einde zittingstermijn: 12-07-2026
Geboortejaar: 1967 Geboortejaar: 1979
Nevenfuncties:
⚫ Verzekeringsarts bij UWV
⚫ Voorzitter NOVAG, beroepsvereniging van verzekeringsartsen UWV
Nevenfuncties: Coördinator bij UWV IV-Office Gegevensdiensten
   
Dhr. M.C.P. Leliefeld  
Functie in bestuur: plaatsvervangend bestuurslid  
Bestuurslid vanaf: 30-10-2023  
Einde zittingstermijn: 30-10-2027  
Geboortejaar: 1986  
Nevenfuncties: geen  

Namens de (pre) pensioengerechtigden

Mw. drs. J.J.M. Verhoef Dhr. R.G. Timmer
Functie in bestuur: bestuurslid Functie in bestuur: bestuurslid
Bestuurslid vanaf: 01-07-2018 Bestuurslid vanaf: 01-07-2021
Einde zittingstermijn: 01-07-2025 (Beoogd) datum aftreden: 01-07-2025
Geboortejaar: 1954 Geboortejaar: 1951
Nevenfuncties: Nevenfuncties: geen
⚫ vrijwilliger en penningmeester voor de stichting Huis van Compassie in Nijmegen  
⚫ lid klachtencommissie Nederlandse Vereniging voor Neuro Linguïstisch Programmeren  
   
Dhr. F.J. Lemkes  
Functie in bestuur: plaatsvervangend bestuurslid  
Bestuurslid vanaf: 26-04-2022  
Einde zittingstermijn: 01-07-2025  
Geboortejaar: 1949  
Nevenfuncties: Secretaris VVE de Waterval Schagen  

Commissies

Commissie van beroep Commissie beleggingen en balansbeheer
Mw. J.J.M. Verhoef (voorzitter) Dhr. P.A.W. Edgar (voorzitter)
Mevr. N. Milko (lid) Dhr. F.J. Lemkes (lid)
Mevr. M. van Tol (lid) Dhr. M. Rovers
  Dhr. W.J.L. van Pelt
  Dhr. P. Kolthof (adviseur)
   
Commissie audit, finance en risicomanagement Commissie pensioenzaken
Dhr. N. Lieman (voorzitter) Mw. J.J.M. Verhoef (voorzitter)
Dhr. F. van der Linden (lid) Mw. H. Busstra (lid)
Dhr. R. Timmer (lid) Dhr. W.J.L. van Pelt (lid)
Dhr. R.J.J. Dudink (lid) Dhr. M. Leliefeld (lid)
   
Taskforce Wet toekomst pensioenen  
Dhr. F.J. Lemkes (voorzitter)  
Mw. J.J.M. Verhoef (lid)  
Dhr. N. Lieman (lid)  
Mw. H. Busstra (lid)  
Dhr. F. van der Linden (lid)  

Verantwoordingsorgaan

Namens de werkgever

Dhr. H. Meines,
(plaatsvervangend voorzitter)
Mw. C. Meijerink
Geboortejaar: 1976 Geboortejaar: 1971
Lid vanaf: 01-07-2018 Lid vanaf: 01-12-2021
Einde zittingstermijn: 01-07-2026 Einde zittingstermijn: 01-12-2025
   
   
Mw. M. Admiraal, (plaatsvervangend lid)  
Geboortejaar: 1991  
Lid vanaf: 08-04-2020  
Einde zittingstermijn: 08-04-2024  

Namens de deelnemers

Mw. M.B. Van der Veen Mw. M.S. Cnossen
Geboortejaar: 1992 Geboortejaar: 1978
Lid vanaf: 01-07-2022 Lid vanaf: 01-07-2022
Einde zittingstermijn: 01-07-2026 Einde zittingstermijn: 01-07-2026
   
Mw. S.D.M. Quaedflieg Mevr. W. Tollenaar
Geboortejaar: 1987 Geboortejaar: 1982
Lid vanaf: 01-07-2022 Lid vanaf: 01-03-2023
Einde zittingstermijn: 01-07-2026 Einde zittingstermijn: 01-03-2027
   
Dhr. J. Zegel (plaatsvervangend lid)  
Geboortejaar: 1964  
Lid vanaf: 01-09-2023  
Einde zittingstermijn: 01-09-2027  
   

Namens de (pre) pensioengerechtigden

Dhr. J. de Kat, (voorzitter) Dhr. J.A.J. Bos
Geboortejaar: 1956 Geboortejaar: 1955
Lid vanaf: 01-07-2018 Lid vanaf: 01-07-2022
Einde zittingstermijn: 01-07-2026 Einde zittingstermijn: 01-07-2026
   
Dhr. J.A.M. Wijnekus (plaatsvervangend lid)  
Geboortejaar: 1950  
Lid vanaf: 01-07-2022  
Einde zittingstermijn: 01-07-2026  

Raad van toezicht

Mw. O.M.C. Perik MBA (voorzitter) Dhr. mr. J.F. Breek
Lid vanaf: 04-09-2018 Lid vanaf: 14-07-2021
Einde zittingstermijn: 31-08-2026 (Beoogd) datum aftreden: 14-07-2025
Nevenfuncties: Nevenfuncties:
⚫ Eigenaar TOM Consulting; ⚫ Directeur/eigenaar Breek Bestuursadvies BV;
⚫ Voorzitter ‘Ondernemend Wassenaar’. ⚫ OK bestuurder (Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam);
  ⚫ Docent opleiding bij Certified Pensioenexecutive (EUR);
  ⚫ Docent bij Avicenna, Academie voor Leiderschap;
  ⚫ Voorzitter RvC Caribbean Credit Bureau N.V.
   
   
Dhr. dr. K.P.B. Oldenkamp  
Lid vanaf: 29-05-2020  
(Beoogd) datum aftreden: 29-05-2024  
Nevenfuncties:  
⚫ Uitvoerend bestuurder Pensioenfonds Rail en Openbaar Vervoer;  
⚫ Lid van de commissie vermogensbeheer en balansmanagement ABN AMRO pensioenfonds;  
⚫ Lid raad van advies SPO; en  
⚫ Wetenschappelijk directeur bij Certified Pensioenexecutive (EUR)  

Bestuursbureau

Dhr. drs. M.G.C.M. Snijders RA, directeur
Nevenfuncties:
⚫ adviseur van Sectorcommissie Verzekeringmaatschappijen NBA;
⚫ lid Klantenraad Van Lanschot Kempen

Overige partijen

Certificeerders
Ernst & Young, certificerend accountant
Mercer, certificerend actuaris
 
Actuarieel adviseur
Willis Towers Watson
 
Sleutelfunctiehouders
Risicobeheerfunctie
Dhr. W.A. Etty
 
Actuariële functie
Dhr. M.W. Heemskerk
 
Interne auditfunctie
Dhr. E. Poels
 
Functionaris gegevensbescherming
Mw. E.B.J. Sloof
 
Compliance officer
Dhr. H. Bouwers

​II Risicobeoordeling

Marktrisico

Het risico als gevolg van het blootstaan aan wijzigingen in marktprijzen van verhandelbare financiële instrumenten binnen de portefeuille. Hieronder vallen naast de veranderingen van marktprijzen en rente onder meer de volatiliteit van de marktprijzen en het concentratie- en correlatierisico.

Risicobeleid
Het pensioenfonds is zich ervan bewust dat het voor het realiseren van de doelstellingen nodig is om beleggingsrisico’s in de portefeuille op te nemen. Met name via de zakelijke waarden in de rendementsportefeuille wordt gestreefd naar het behalen van een additioneel rendement. Hierdoor wordt, binnen het gewenste risicoprofiel, marktrisico in de portefeuille geïntroduceerd.
Beheersmaatregelen
Het pensioenfonds beperkt dit marktrisico door grenzen te stellen aan het risicobudget op totaalniveau en per beleggingscategorie binnen de rendementsportefeuille bandbreedtes te benoemen. Deze risico-budgetten zijn vastgelegd in het beleggingsplan en het strategisch beleggingsbeleid. Tevens zijn risicomaatstaven gedefinieerd. Aan de hand van investmentcases wordt periodiek geëvalueerd of investment categorieën (nog) passend zijn voor het pensioenfonds.
Monitoring & rapportage
Het pensioenfonds monitort de strategische bandbreedtes en risicomaatstaven op basis van rapportage door de fiduciair manager. De gebruikte risicomaatstaven zijn de tracking error van de beleggingen versus de verplichtingen en de Conditional Value at Risk (CVaR).
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
Waar nodig herbalanceren we beleggingen periodiek om binnen de strategische bandbreedtes te blijven. Gedurende 2023 werden de bandbreedtes (risicobudgetten) voor de diverse investeringscategorieën niet overschreden. De investmentcases die het bestuur conform de planning besprak, gaven geen aanleiding tot materiële aanpassing van de beleggingsmix.

Renterisico

Het risico dat rentefluctuaties - als gevolg van ontoereikende afstemming tussen rentegevoelige activa en passiva op het gebied van rentelooptijden en rentevoet - leiden tot ongewenste effecten op balans en resultaat.

Risicobeleid
Ter bescherming van nominale pensioenaanspraken wordt het renterisico van het pensioenfonds met een combinatie van obligaties en derivaten voor een belangrijk deel afgedekt. Hierbij is binnen de ALM-studie van 2023 onderzocht wat de gewenste verhouding is tussen kans en mate van verlagen van aanspraken en toeslag.
Beheersmaatregelen
Het pensioenfonds hanteert een dynamische rentestaffel die afhankelijk is van de hoogte van de rente. Bij de renteafdekking wordt een bandbreedte van maximaal 3 procentpunt afwijking gehanteerd. Bij een stijgende rente wordt de norm voor de rente-afdekking verhoogd. Bij een dalende rente wordt de renteafdekking verlaagd. De renteafdekking kan niet lager worden dan 50 procent van de totale rentegevoeligheid van de verplichtingen op basis van de toezichtscurve.
Monitoring & rapportage
Het pensioenfonds monitort ten minste maandelijks de uitvoering. De fiduciair manager monitort de renteafdekking en renteniveaus continu en rapporteert tenminste maandelijks over de renteafdekking.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 is het renteafdekkingsbeleid getoetst. De rentestaffel is aangepast o.b.v. de volgende overwegingen:
• Minder grote stappen, met 7,5 procentpunt i.p.v. 15 procentpunt aanpassing van de renteafdekking bij het raken van een bepaald renteniveau in de staffel.
• Een lagere afdekking bij een hoge rente: de maximale afdekking is nu 80 procent i.p.v. 95 procent. Hiermee wordt meer indexatiepotentieel behouden in hogere rente/inflatiescenario’s.
• Een hogere afdekking bij een lagere rente (1 procent), om de dekkingsgraad beter te beschermen.
• Een extra stap bij een 20-jaars rente van 0 procent, met een bijbehorende renteafdekking van 50 procent.

De feitelijke renteafdekking per 31 december 2023 was 72,5 procent en bevond zich daarmee binnen de bandbreedte (69,5-75,5 procent).

Kredietrisico

Het risico dat een debiteur of tegenpartij contractuele of andere overeengekomen verplichtingen -waaronder verstrekte kredieten, leningen, vorderingen, effectengaranties, derivaten, ontvangen garanties- niet nakomt.

Risicobeleid
Het kredietrisico is op te splitsen in het risico dat besloten ligt in de beleggingen (de kwaliteit van de uitgevende instelling) en de mate waarin tegenpartijen van financiële transacties, zoals OTC-derivaten, niet aan hun verplichtingen zullen voldoen. Binnen de rendementsportefeuille wordt (buiten de derivatenportefeuille) bewust kredietrisico gelopen in de overtuiging dat dit op de lange termijn rendement (de risicopremie) oplevert. De verhouding tussen verwachte opbrengst en risico van dit type beleggingen draagt sterk bij aan het totale gewenste risico-/rendementsprofiel van het pensioenfonds.
Beheersmaatregelen
Het kredietrisico wordt beheerst door strikte eisen te stellen aan de kredietkwaliteit van de landen, ondernemingen en hypotheken waarin wordt belegd. Tevens worden eisen gesteld aan de maximale exposure aan een land of onderneming om daarmee het concentratierisico te beperken. Tegenpartijrisico’s ontstaan bij beleggingen in derivaten en liquiditeiten. Het pensioenfonds hanteert een tegenpartijbeleid dat gebaseerd is op strenge selectie van tegenpartijen (minimale ratingeisen), spreiding en prudent onderpandbeheer (uitwisseling van onderpand).
Monitoring & rapportage
De fiduciair manager bewaakt het kredietrisico continu en rapporteert daarover op maandbasis. Op dagbasis vindt, indien nodig, uitwisseling plaats van onderpand door de onderpandmanager. De beoordeling hiervan vindt plaats door de fiduciair manager. In geval van een afwaardering van een tegenpartij worden additionele zekerheden gevraagd. Op maandbasis wordt gerapporteerd over de tegenpartijen met wie derivaten zijn afgesloten, de omvang van de blootstelling naar iedere tegenpartij en de rating van de tegenpartijen.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
Het kredietrisico steeg licht in 2023. De belangrijkste oorzaak was de hogere allocatie naar AA staatsobligaties binnen de matchingportefeuille van het pensioenfonds. Hier stond tegenover dat de allocatie naar vastrentende waarden binnen de rendementsportefeuille licht daalde in 2023.

Valutatrisico

Het risico dat de waarde (omgerekend naar euro) van de beleggingen in vreemde valuta daalt als gevolg van veranderingen in valutakoersen.

Risicobeleid
Het pensioenfonds is van mening dat wisselkoersontwikkelingen niet voorspelbaar zijn. Niettemin geeft het bestuur de voorkeur aan een zekere mate van open valuta-positie in de portefeuille:
-    Enig valutarisico kan diversificerend werken.
-    Onderliggende bedrijven kennen vaak allerlei valuta-blootstellingen via de herkomst van hun omzet.
-    De status van de USD als ‘reserve currency’ betekent dat de USD kan stijgen in tijden van crisis. 
Binnen de rendementsportefeuille wordt het USD-, GBP- en JPY-risico voor 50 procent afgedekt, behalve in de categorie Private Markets waarbinnen 80 procent van het valutarisico wordt afgedekt. Andere valutaposities worden niet afgedekt.
Beheersmaatregelen
Voor de afdekking van USD, GBP en JPY binnen de rendementsportefeuille wordt een bandbreedte gehanteerd van minimaal 47 procent en maximaal 53 procent. Voor Private Markets geldt een bandbreedte van 75 tot 100 procent.
Monitoring & rapportage
De fiduciair manager bewaakt op dagbasis of de afdekking van het valutarisico binnen de bandbreedtes blijft. Op maandbasis wordt over de effectiviteit van de valuta-afdekking gerapporteerd. Aanvullend monitort de custodian de afdekking van het valutarisico. Bij afwijkingen (buiten bandbreedte) wordt een incident gerapporteerd.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
De afdekkingspercentages van de verschillende valuta lagen per 31 december 2023 binnen de gestelde bandbreedtes. In 2023 constateerden we geen materiële afwijkingen.

Liquiditeitsrisico

Het risico dat beleggingen niet en/of niet tijdig tegen een aanvaardbare prijs kunnen worden omgezet in liquide middelen, waardoor het pensioenfonds op korte termijn niet aan zijn verplichtingen kan voldoen. Waar de overige risicocomponenten vooral de langere termijn betreffen (solvabiliteit), gaat het hier om de kortere termijn. Dit risico kan worden beheerst door in het strategische beleggingsbeleid voldoende ruimte aan te houden voor de liquiditeitsposities.

Risicobeleid
Het bestuur is ervan overtuigd dat alternatieve, minder liquide beleggingen op lange termijn een extra rendement kunnen opleveren (illiquiditeitspremie). Deze beleggingen kunnen niet binnen een paar maanden tegen acceptabele marktprijzen verkocht worden als dit nodig is. Binnen de totale portefeuille bestaat 27,5 procent uit niet-liquide beleggingen, te weten vastgoed, private markets en hypotheken. De overige beleggingen zijn liquide tot zeer liquide. De allocatie naar illiquide beleggingen bevindt zich onder het maximum van 30 procent.
Beheersmaatregelen
Ter beheersing van het liquiditeitsrisico is een signaleringsniveau vastgesteld. Boven het signaleringsniveau worden geen maatregelen genomen. Indien de liquiditeiten onder het signaleringsniveau (dreigen te) komen, is een serie van maatregelen vastgelegd die het pensioenfonds kan inzetten.
Monitoring & rapportage
De fiduciair manager bewaakt de ontwikkelingen van de liquiditeitsbehoefte ten opzichte van het signaleringsniveau en rapporteert hierover maandelijks aan het pensioenfonds. Onderdeel van de bewaking is een liquiditeitsstresstest met betrekking tot de derivatenportefeuille. Op kwartaalbasis wordt de allocatie naar de illiquide beleggingscategorieën beoordeeld, waaronder de gezondheid van de beheerders van deze beleggingen.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 lagen de beschikbare liquiditeiten ruim boven het signaleringsniveau. De repofaciliteit borgt de beheersing van het liquiditeitsrisico.

Inflatierisico

Het risico dat inflatie de waarde van de verplichtingen aantast in termen van koopkracht.

Risicobeleid
(Gedeeltelijk) toeslag verlenen mag pas als de beleidsdekkingsgraad hoger is dan de wettelijke ondergrens voor toeslagverlening onder FTK regime. De regelgever heeft echter via AMvB uitgebreidere mogelijkheden geschapen om toeslag te verlenen. Het pensioenfonds heeft hier in 2023 gebruik van gemaakt.
Beheersmaatregelen
Zolang de beleidsdekkingsgraad boven deze ondergrens ligt, zet het pensioenfonds geen aanvullende beheersmaatregelen in om het inflatierisico te beheersen. De toepassing van de AMvB heeft niet geleid tot noodzaak van het nemen van aanvullende beheersmaatregelen.
Monitoring & rapportage
Maandelijks rapporteert het pensioenfonds over de beleidsdekkingsgraad.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
Het bestuur zag geen aanleiding voor specifieke actie. De financiële situatie van het pensioenfonds maakte het mogelijk om toeslag te verlenen aan alle deelnemers per 1 januari 2023 en aan de actieve deelnemers per 1 januari 2024. Het bestuur besloot gebruik te maken van de AMvB die per 1 juli 2022 in werking trad. Hierdoor kon het bestuur meer toeslag verlenen dan anders mogelijk was geweest. Zo ging de koopkracht van de deelnemers minder achteruit.

Concentratierisico

Het risico dat de waarde van de beleggingsportefeuille sterk afhankelijk is van één soort belegging.

Risicobeleid
Door spreiding van beleggingen (land, sector, onderneming, beleggingscategorie, tegenpartij) binnen de beleggingsportefeuille wordt het concentratierisico gemitigeerd.
Beheersmaatregelen
Binnen de beleggingsportefeuille is in beperkte mate sprake van concentratierisico door een brede spreiding over beleggingscategorieën. Deze beleggingscategorieën worden meestal ingevuld met meerdere beleggingsfondsen of mandaten. Deze beleggingsfondsen of mandaten beleggen vervolgens weer in een groot aantal individuele instrumenten. Daarnaast zijn restricties met tegenpartijen vastgesteld.
Monitoring & rapportage
Het pensioenfonds beoordeelt per kwartaal de mate van spreiding binnen de beleggingsportefeuille door de sector- en landenallocatie en tien grootste posities van aandelen en vastrentende waarden te analyseren. De custodian monitort continu of aan de restricties met tegenpartijen wordt voldaan.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
Het concentratierisico is met name van belang in de matchingportefeuille als gevolg van het gebruik van staatsobligaties van een zeer beperkt aantal Europese landen. Daarom worden hoge eisen gesteld aan de kwaliteit van zowel swaps als staatsobligaties. Het concentratierisico wordt beperkt door spreiding aan te brengen in de instrumenten die gebruikt worden in de matchingportefeuille (de verdeling tussen staatsobligaties en swaps). Het bestuur concludeerde dat er geen sprake is van bijzondere concentraties in de beleggingsportefeuille.

Verzekeringstechnisch risico

Het risico dat uitkeringen (nu dan wel in de toekomst) niet gefinancierd kunnen worden vanuit premie- en/of beleggingsinkomsten, als gevolg van onjuiste en/of onvolledige (technische) aannames en grondslagen, bij de ontwikkeling en premiestelling van het product.

Risicobeleid
Het pensioenfonds streeft door het tijdig actualiseren van de actuariële uitgangspunten (actuele waarde) om het verzekeringstechnisch risico te minimaliseren. Het betreft met name de uitgangspunten voor langleven, overlijden en arbeidsongeschiktheid.
Beheersmaatregelen
Het bestuur beheerst deze risico’s door bij de premievaststelling en bepaling van de technische voorziening uit te gaan van actuele sterftetafels en prudente (actuariële) aannames en analyses. Periodiek worden de actuariële uitgangspunten beoordeeld en waar nodig geactualiseerd. Wanneer dit gebeurt, is vastgelegd in beleid (Abtn). Het bestuur wordt hierin bijgestaan door de adviserend actuaris van het pensioenfonds. Daarnaast worden de gehanteerde actuariële uitgangspunten jaarlijks getoetst door een onafhankelijke actuaris. Ieder kwartaal spreekt de sleutelfunctiehouder actuarieel zich uit in zijn rapportage over de ontwikkelingen betreffende technische voorzieningen. Het arbeidsongeschiktheidsrisico is bescheiden ten opzichte van de totale omvang van de voorzieningen en wordt daarom niet herverzekerd.
Monitoring & rapportage
Jaarlijkse analyse van de actuariële uitgangspunten in de bestuurlijke cyclus. De gehanteerde actuariële uitgangspunten worden getoetst door een certificerend actuaris en komen naar voren in de rapportage van de certificerend actuaris. Tevens beoordeelt de actuarieel functiehouder, op kwartaalbasis, de betrouwbaarheid en adequaatheid van de berekening van de pensioenverplichting.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 evalueerden we de uitgangspunten van de kostenvoorziening. Het bestuur besloot de kostenvoorziening in lijn met marktontwikkelingen te verhogen. De tarieven, premies en gehanteerde actuariële sterftetafels pasten we conform beleid aan.

Omgevingsrisico

Het risico als gevolg van externe veranderingen op het gebied van concurrentieverhoudingen, belanghebbenden, reputatie en ondernemingsklimaat. Maar ook draagvlakvermindering als gevolg van niet-begrijpelijke communicatie of een dreigende verlaging van aanspraken.

Risicobeleid
Voor het pensioenfonds zijn met name de volgende aandachtsgebieden (intern en extern) van belang:
- de continuïteit van de werkgever en de ontwikkeling van het aantal (actieve) deelnemers;
- de financiële positie van het pensioenfonds;
- helder verwachtingsmanagement naar stakeholders;
- Wet toekomst pensioenen;
- ontwikkelingen binnen de pensioensector.
Beheersmaatregelen
Jaarlijks voert het bestuur een strategische risicoanalyse uit, mede aan de hand van een SWOT-analyse. Op basis van de risicoanalyse stelt het bestuur een jaarprogramma op met activiteiten (maatregelen) die invulling geven aan de beheersing van de belangrijkste aandachtpunten. Voor het programma Wet toekomst pensioenen is een Wtp-officer aangesteld.
Monitoring & rapportage
Het bestuur volgt de voortgang van projecten (maatregelen) tijdens de bestuursvergaderingen met (tussentijdse) rapportages. Tijdens de jaarlijkse strategiesessie wordt beoordeeld of bijsturing nodig is.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
Het jaarprogramma voor 2023 stond grotendeels in het teken van de voorbereidingen op de implementatie van de Wet toekomst pensioenen. Cao-partijen hebben aangegeven de solidaire regeling met invaren’ als werkhypothese te hanteren voor de toekomstige pensioenregeling. Deze werkhypothese geeft richting aan onze voorbereidingen op de overgang naar een nieuwe pensioenregeling. Per 1 juli 2023 is de Wtp van kracht geworden. De uiterste implementatiedatum is 1 januari 2028. We hebben een planning opgesteld die voorziet in tijdige implementatie.

Operationeel risico (intern)

Het risico samenhangend met ondoelmatige of onvoldoende doeltreffende procesinrichting dan wel procesuitvoering. Hieronder vallen onder meer kosten, fraudegevoeligheid, IT-structuren en administratieve verwerking.

Risicobeleid
Het pensioenfonds beoordeelt de risico’s die samenhangen met de interne organisatie, fiatteringsbevoegdheden, personeel, kostenbeheersing en overige zaken. Omdat de dagelijkse operationele werkzaamheden van het pensioenfonds grotendeels zijn uitbesteed, vormt het operationele risico ook een belangrijk onderdeel van het uitbestedingsrisico (zie uitbestedingsrisico).
Beheersmaatregelen
Het bestuur analyseert voortdurend in het kader van beheerste en integere bedrijfsvoering de interne organisatie en de toereikendheid van de beheersingsmaatregelen om risico’s te minimaliseren. Externe toetsing vindt plaats door de externe accountant.
Monitoring & rapportage
Over het operationele risico wordt op kwartaalbasis gerapporteerd aan het bestuur.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
De rollen, taken en daaruit voortvloeiende verantwoordelijkheden van de al bestaande en nieuwe (sleutel)functies zijn formeel vastgelegd in het IRM-beleid (zie hoofdstuk 3 van het IRM-beleid).

Uitbestedingsrisico

Het risico dat de continuïteit, integriteit en/of kwaliteit van de aan derden uitbestede werkzaamheden dan wel door deze derden ter beschikking gestelde apparatuur en personeel wordt geschaad.

Risicobeleid
Uitbestedingspartijen dienen te handelen volgens de gemaakte afspraken, in het belang van de deelnemers en de pensioengerechtigden.
Beheersmaatregelen
Het bestuur heeft een uitbestedingsbeleid. De uitbestedingsrichtlijnen, zoals opgenomen in de Pensioenwet, zijn hierbij in acht genomen. De afspraken met uitbestedingspartijen staan onder meer in de uitbestedingsovereenkomsten en service level agreements (SLA’s). Alle overeenkomsten toetst het bestuur aan het uitbestedingsbeleid van het pensioenfonds. In een ‘uitbestedingskalender’ is de periodiciteit van de evaluatie-activiteiten vastgelegd.
Monitoring & rapportage
Het bestuursbureau houdt dagelijkse toezicht op de uitbestede activiteiten en heeft veelvuldig overleg met de uitbestedingspartijen. De uitbestedingspartijen worden op kwartaalbasis beoordeeld op de volgende onderdelen: uitvoering, accountmanagement, aanvullende dienstverlening en advisering, samenwerking, organisatie en incidenten. De uit de beoordeling naar voren komende vragen en bevindingen worden met de uitbestedingspartijen besproken. In deze overleggen wordt uitvoerig stilgestaan bij de kwaliteit en de resultaten van de uitbestede dienstverlening. De uitkomsten worden gerapporteerd aan het bestuur. Er wordt daarnaast gebruikgemaakt van onafhankelijke informatie (goedkeurende verklaringen bij jaarrekeningen, ISAE 3402-verklaringen of gelijkwaardige verklaringen) van bijvoorbeeld een accountant van de uitbestedingspartijen over de werking van de organisatie en de juistheid van de verstrekte informatie. Ook maakt het pensioenfonds gebruik van de mogelijkheid van gerichte controle-onderzoeken uitgevoerd door de accountant.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 werden de risicorapportages van onze kernuitbestedingspartijen op ons verzoek uitgebreid en verbeterd wat betreft de informatieverstrekking over de beheersing van IT- en cyberrisico’s. In 2023 waren er geen materiële bevindingen die tot directe bijsturing van de uitbestedingspartijen hebben geleid. Het bestuursbureau pakte aandachtspunten op en handelde deze af. Het bestuur werd geïnformeerd over de voortgang.

IT-risico

Het risico dat bedrijfsprocessen, informatievoorziening en gegevens, bij het pensioenfonds of bij derden aan wie werkzaamheden zijn uitbesteed, onvoldoende beveiligd zijn dan wel onvoldoende integer of operationeel ondersteund worden door de IT-omgeving, met mogelijk reputatieschade of financiële schade tot gevolg.

Risicobeleid
Alle kernprocessen van het pensioenfonds zijn uitbesteed. Het IT-risico van het pensioenfonds ligt dan ook vooral extern. Om (uitbestede) IT-risico’s te identificeren, worden de bedreigingen vanuit diverse perspectieven beschouwd, zoals: 
-    Bedreigingen met betrekking tot tijdigheid, juistheid en volledigheid van verwerking van gegevens. 
-    Bedreigingen als gevolg van het toegenomen belang van IT binnen het maatschappelijk verkeer én de toename van de complexiteit van IT voor de bedrijfsvoering, zoals cybercrime, cloud computing en beperkte aanpasbaarheid van (oudere) IT-systemen (legacy). 
-    Bedreigingen die kunnen leiden tot financiële schade bij deelnemers en/of reputatieschade voor het pensioenfonds.
Beheersmaatregelen
Overeenkomsten met uitbestedingspartijen, ISAE 3402 of SOCI-rapportages, niet-financiële risicorapportages, incidentenbeleid. Vanwege de toenemende risico’s met betrekking tot cybersecurity en het veranderende speelveld binnen de IT-omgeving (zoals systeem-aanpassingen, onderuitbestedingen, het gebruik van cloud-oplossingen en het gebruik van Security Operating Centers), heeft het IT-risico, met name rondom de beveiliging van persoonsgegevens, de bijzondere aandacht van het pensioenfonds.
In het kader van de komende transitie van de pensioenregeling die voortvloeit uit de Wet toekomst pensioenen zijn samen met de pensioenuitvoeringsorganisatie twee projecten in verband met datakwaliteit opgezet.
Monitoring & rapportage
Het pensioenfonds ontvangt op kwartaalbasis SLA-rapportages en/ of controlerapporten van de uitbestedingspartijen. Daarnaast voert het pensioenfonds risicoanalyses uit en bespreekt het aandachtspunten met de uitbestedingspartijen.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 vond een IT-risicoanalyse plaats op de domeinen pensioenbeheer, vermogensbeheer en de bestuursomgeving. We identificeerden verbeterpunten. Deze worden geïmplementeerd in 2024.

Integriteitrisico

Het risico dat de integriteit van het pensioenfonds wordt beïnvloed als gevolg van niet integere, onethische gedragingen van de eigen organisatie en uitvoeringsorganisatie(s), medewerkers en directie, het bestuur en (mede)beleidsbepalers, in het kader van wet- en regelgeving en maatschappelijke en door de instelling opgestelde normen.

Risicobeleid
Het bestuur hanteert als uitgangspunten:
-    toezien op naleving van regels voor integere en beheerste bedrijfsvoering; 
-    integriteits- en compliancerisico’s managen, door invulling te geven aan adequaat integriteitsrisicomanagement, waaronder het maken van afspraken over maatregelen en acties; 
-    meer bewustwording creëren om een integere cultuur te bevorderen.
Beheersmaatregelen
Het integriteitsbeleid van het pensioenfonds omvat de volgende gebieden: compliance-beleid, gedragscode, incidentenregeling, klokkenluidersregeling, beleggingsbeleid en uitbesteding. Daarnaast voert het bestuur een jaarlijkse (systematische) integriteitsrisico-analyse uit. Deze analyse dient als uitgangspunt voor de jaarlijkse integriteitsessie van het pensioenfonds voor de kennisontwikkeling en bewustwording. De integriteitsrisico-analyse is daarnaast ook richtinggevend voor de invulling van beleidsdocumenten, zoals bijvoorbeeld het uitbestedingsbeleid, beloningsbeleid en beleggingsbeleid. Het pensioenfonds beschikt over een compliance charter. Het compliance charter beschrijft de definitie, doelstellingen, scope, taken en verantwoordelijkheden van de betrokkenen in het kader van het in stand houden van een integere organisatie, bedrijfsvoering en compliance.
Monitoring & rapportage
De compliance officer van het pensioenfonds toetst of er inbreuk op de complianceregels (zoals de gedragscode) en/of beleidsuitgangspunten van het pensioenfonds heeft plaatsgevonden. Met de uitbestedingspartijen worden naast de beschikbare rapportage ook periodieke besprekingen gepland om aansluiting te houden met (mogelijke) integriteitrisico’s op afstand.
Evaluatie effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 rapporteerde onze compliance officer geen inbreuk op de complianceregels. Ook meldde de compliance officer geen bijzonderheden over de naleving van de gedragscode. Onder begeleiding van de compliance officer heeft het bestuur ‘ethisch leiderschap‘ besproken tijdens de jaarlijkse integriteitssessie.

Juridisch risico

Het risico dat voortvloeit uit wet- en regelgeving, overeenkomsten, pensioenreglementen en communicatie, waardoor juridische conflicten kunnen ontstaan en waaruit aansprakelijkheden kunnen voortvloeien.

Risicobeleid
Voldoen aan wet- en regelgeving (pensioen-juridisch en fiscaal), uitvoering in lijn met statuten, pensioenreglement en handelen in lijn met beleid.
Beheersmaatregelen
De benodigde juridische kennis binnen het bestuur en het bestuursbureau wordt actueel gehouden met opleidingen en cursussen. Het pensioenfonds maakt gebruik van een toonaangevende adviseur (actuarieel en pensioen-juridisch). Bij complexe juridische zaken (niet pensioen-juridisch) worden externe juristen of specialisten ingehuurd.
Monitoring & rapportage
Ontwikkelingen in wet- en regelgeving worden actief gevolgd door het pensioenfonds. Door de countervailing power van het bestuursbureau en de uitbestedingspartijen (onderling) vindt continu monitoring plaats op de juridische risico’s binnen de uitvoering.
Evaluatie van de effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 constateerden we geen materiële bevindingen. We bereiden ons voor op de toenemende rapportageverplichtingen vanuit regelgeving voor de Wtp en MVB. In de nabije toekomst voorzien we de implementatie van de Digital Operational Resilience Act (DORA).

MVB-risico

Het risico dat het pensioenfonds niet aan zijn doelstellingen kan voldoen door waardedalingen in beleggingen als gevolg van prestaties van ondernemingen op het vlak van milieu, sociale aspecten en behoorlijk bestuur (corporate governance).

Risicobeleid
Het pensioenfonds belegt het vermogen op een maatschappelijk verantwoorde wijze, in de overtuiging dat dit niet ten koste gaat van financieel rendement. Waar mogelijk zal het vermogen ook worden ingezet om een bijdrage te leveren aan verduurzaming van de maatschappij. Het pensioenfonds hanteert daarbij het ‘do good’ principe en legt de nadruk op de thema’s klimaat en arbeid.
Beheersmaatregelen
Het pensioenfonds beheerst het MVB-risico door in het beleggingsproces expliciet de overwegingen en doelstellingen uit zijn maatschappelijk verantwoord beleggingsbeleid te betrekken. In het kader van ALM- en ERB-studies worden specifieke MVB-risico’s geanalyseerd. Hierbij is met name oog voor de thema’s klimaat en arbeid. De effecten van klimaatrisico’s worden kwantitatief gemodelleerd en geanalyseerd. Het pensioenfonds heeft op het gebied van het thema klimaat een concrete CO2-reductie doelstelling geformuleerd, namelijk de Paris Aligned Benchmark. In dit kader meet het pensioenfonds al enige jaren de CO2-uitstoot en - intensiteit van de beleggingsportefeuille. Het pensioenfonds is bezig de portefeuille op verschillende beleggingsgebieden in te richten langs ESG-benchmarks. Het pensioenfonds heeft de UN Global Compact Principles en het IMVB-convenant ondertekend en accepteert dat er als consequentie van zijn MVB-beleid uitsluitingen mogelijk zijn. Op dit moment richten de uitsluitingen zich op controversiële wapens, mensenrechtenschendingen, arbeidsrechtenschendingen, kolenmijnen, kolencentrales, olie- en gaswinning en tabak. Binnen het MVB-beleid van het pensioenfonds worden de volgende instrumenten toegepast: dialoog, stemgedrag-, uitsluitingen, ESG-integratie (middels ESG -benchmarks en ESG due diligence) en impact beleggen.
Monitoring & rapportage
De toepassing van de ESG-benchmarks, de MVB-uitsluitingenlijst, het stemgedrag, de uitvoering van de dialoog en uitvoering van impact beleggen wordt periodiek gemonitord en leidt tot (verantwoordings-) rapportages van de fiduciair manager en vermogensbeheerders. Het pensioenfonds legt op zijn beurt weer verantwoording af aan zijn stakeholders met een jaarlijks MVB-verslag dat wordt gepubliceerd op de website. De fiduciair manager ondersteunt het pensioenfonds bij de beoordeling van de MVB-ontwikkelingen en tevens bij overige relevante maatschappelijke ontwikkelingen (waaronder wet- en regelgeving).
Evaluatie van de effectiviteit van de beheersmaatregelen
In 2023 voerden we de volgende activiteiten uit: 
SDG benchmarks en SRI benchmark  
De implementatie van deze SDG en SRI benchmarks (bovenop de ESG-leaders benchmarks) heeft in 2023 plaatsgevonden. Dit betreft nieuwe duurzame benchmarks voor de aandelenportefeuilles en de investment grade bedrijfsobligatieportefeuille. Daarmee is invulling gegeven aan het besluit de CO2-uitstoot van de beleggingsportefeuille conform de Paris Aligned Benchmark te reduceren. 

Klimaatrisico-modellering
Bij de ALM-studie 2023 heeft ORTEC invulling gegeven aan de klimaatrisico-modellering.

Aanstelling engagement overlay manager 
In juni 2023 is CTI als engagement overlay manager geselecteerd. Hiermee is invulling gegeven aan het besluit om de engagement activiteiten te intensiveren. De eerste rapportage over het derde kwartaal van 2023 is in de Commissie Balansbeheer (CB) uitgebreid besproken. 

Accordering nieuwe uitsluitingslijst 
De CB heeft begin 2023 de definitieve lijst van uitsluitingen van bedrijven en landen vastgesteld. Deze lijst is opgesteld door de fiduciair manager op basis van de door het bestuur vastgestelde uitsluitingscriteria. Het betreft daarmee een operationele invulling van een bestuurlijk besluit, welke binnen het CB-mandaat valt.

Door het beleid op maatschappelijk verantwoord beleggen op bovenstaande wijze expliciet in het beleggingsproces in te richten, is het bestuur van mening dat het zowel de kans op waardedalingen in beleggingen als gevolg van MVB-risico’s, als de kans op reputatieschade beperkt. Het bestuur houdt daarmee ook in ogenschouw dat toekomstig pensioen in een leefbare wereld genoten kan worden. Hierbij merken we op dat het proces rond MVB, met name door gebrek aan adequate data, nog moet groeien, zowel bij ons, als in de kapitaalmarkten.

​III Annex IV (informatie over duurzame beleggingen)

Deze bijlage is in een afzonderlijke pdf bij het jaarverslag gevoegd.

​IV Begrippenlijst

Abtn
Afkorting voor actuariële en bedrijfstechnische nota. De wet stelt deze nota verplicht. In de Abtn beschrijven we ons beleid voor financiering, beleggingen, pensioenen en toeslagverlening.

Actief beheer
De beleggingsmanager heeft als doel om via aan- en verkopen af te wijken van de index (een mandje van aandelen of obligaties) om zodoende aanvullend rendement te behalen in vergelijking met de index.

Actuele dekkingsgraad
De dekkingsgraad die we aan het eind van elke maand berekenen, volgens de richtlijnen van toezichthouder DNB.

Afkoop
Afkoop van pensioenrechten betekent dat we een deelnemer een bedrag in één keer betalen. Daarna vervallen de rechten op pensioen. Afkoop van pensioenrechten mag niet volgens de Pensioenwet, behalve bij een klein pensioen (bedrag 2023: tot 594,89 euro per jaar).

Asset Liability Management (ALM)
Een ALM-studie brengt de samenhang tussen pensioenverplichtingen, premiebeleid en beleggingsmix in kaart. We gebruiken ALM-simulatiemodellen om beelden te schetsen van de kansen en bedreigingen voor het pensioenfonds in verschillende economische scenario’s.

Bear market
Dit is een periode waarin aandelenkoersen langere tijd in een dalend patroon zitten en er veel pessimisme is.

Beleggingsfonds
Instelling die geld van anderen belegt in aandelen of andere beleggingssoorten.

Beleggingsmix
De verdeling van beleggingen over verschillende beleggingscategorieën, zoals aandelen, vastrentende waarden en illiquide beleggingen. Dit wordt ook wel beleggingsportefeuille genoemd.

Beleidsdekkingsgraad
Het gemiddelde van de actuele dekkingsgraden van de laatste twaalf maanden.

Benchmark
Een benchmark is een ‘referentiekader’. We gebruiken een benchmark om de resultaten van onze beleggingen te vergelijken. De benchmark die wij gebruiken is een representatieve beleggingsindex.

Cao
Afkorting voor collectieve arbeidsovereenkomst. In ons geval de collectieve arbeidsovereenkomst uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen. Een cao is een schriftelijke overeenkomst met afspraken over arbeidsvoorwaarden. Ook pensioen is een arbeidsvoorwaarde. 

Contante waarde
De huidige waarde van een toekomstig bedrag, waarover we pas na een bepaalde periode beschikking hebben.

Collateral
Een collateral is een ‘onderpand’. We gebruiken collaterals in derivatentransacties. Over het type collateral worden afspraken gemaakt in een Collateral Support Annex (CSA) van de International Swaps and Derivates Association (ISDA).

Commodities
Grondstoffen en goederen waarvan de prijs in hoge mate door de actuele vraag en aanbod wordt bepaald. Voorbeelden zijn olie, graan en metalen.

Compliance
Compliance betekent dat een organisatie volgens de geldende wet- en regelgeving werkt.

Crisisplan
Een beschrijving van maatregelen die een pensioenfonds snel kan inzetten als de beleidsdekkingsgraad zich plotseling richting kritische waarden beweegt. Om zo te voorkomen dat de doelstelling van het pensioenfonds in gevaar komt.

Custodian
De custodian is de bewaarder van financiële bezittingen (effecten). De custodian voert ook de administratie van de financiële bezittingen.

Deelnemer
De werknemer of voormalige werknemer die pensioenaanspraken bij ons opbouwt of opgebouwd heeft.

Dekkingsgraad
De dekkingsgraad is de verhouding tussen de netto activa en de voorziening pensioenverplichtingen, uitgedrukt in een percentage. Dit verhoudingsgetal geeft aan in hoeverre we op lange termijn de pensioenverplichtingen kunnen nakomen. De netto activa zijn het belegd vermogen, de andere activa en de schulden bij elkaar.

Derivaten
Derivaten zijn afgeleide financiële instrumenten. Het zijn financiële contracten, waarvan de waarde wordt afgeleid van een onderliggende waarde (bijvoorbeeld een aandeel), een referentieprijs of een index (bijvoorbeeld de AEX-index). De belangrijkste derivatensoorten zijn swaps, futures contracten en forward contracten.

DNB
Afkorting van De Nederlandsche Bank. DNB is de wettelijke toezichthouder op financiële instellingen. Ook pensioenfondsen zijn een financiële instelling. DNB houdt prudentieel en materieel toezicht. Prudentieel toezicht richt zich op de financiële degelijkheid en betrouwbaarheid. Materieel toezicht richt zich op de naleving van de normen die niet onder het prudentieel toezicht vallen en niet onder het gedragstoezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

Eigenrisicobeoordeling (ERB) 
Een eigenrisicobeoordeling is een proces waarbij het pensioenfonds de risico's en kosten dat zij lopen bij het beheren van hun pensioenverplichtingen in kaart brengt en beoordeelt. Hierbij wordt gekeken naar factoren zoals de financiële situatie van het pensioenfonds, de beleggingsstrategie, de dekkingsgraad en de risicobereidheid van het pensioenfonds. Op basis van deze beoordeling kan het pensioenfonds maatregelen nemen om de risico's te beheersen en de financiële stabiliteit te waarborgen.

Eigen vermogen
Het eigen vermogen is een buffer om eventuele waardedalingen van de middelen van een pensioenfonds op te vangen. Pensioenfondsen moeten volgens de wet een voldoende grote buffer hebben. Er zijn drie ‘soorten’ (wettelijk verplicht) eigen vermogen:

Minimaal vereist eigen vermogen: De ondergrens van het verplicht eigen vermogen. Als een pensioenfonds niet over het minimaal vereist eigen vermogen beschikt, heeft het een dekkingstekort.
Vereist eigen vermogen: Het vermogen dat nodig is om met een zekerheid van 97,5 procent te kunnen voorkomen dat het pensioenfonds binnen een periode van één jaar over minder waarden beschikt dan de voorziening pensioenverplichtingen.
Gewenst eigen vermogen
: Het vermogen dat bovenop de voorziening pensioenverplichtingen nodig is om de toeslagambitie op de lange termijn na te komen. Het gewenst eigen vermogen is minimaal gelijk aan het vereist eigen vermogen.

Ervaringssterfte
Uit onderzoeken blijkt dat de sterfte onder deelnemers van pensioenfondsen lager is dan de algemene bevolkingssterfte. Een pensioenfonds houdt hier rekening mee door de ervaringssterfte vast te stellen: de waargenomen sterfte onder de deelnemers van het pensioenfonds. Op basis van een prognosetafel past het pensioenfonds vervolgens een leeftijdsafhankelijke afslag toe.

ESG (ook wel MVB)
Afkorting van Environmental (milieu), Social (sociale omstandigheden) en Governance (ondernemingsbestuur). In het Nederlands heet dit maatschappelijk verantwoord beleggen. We beleggen volgens ESG-criteria. Ons ESG-beleid bestaat uit vijf onderdelen: uitsluiten van ondernemingen en landen volgens de uitsluitingenlijst, stemmen op aandeelhoudersvergaderingen , de dialoog aangaan met ondernemingen om hun gedrag positief te beïnvloeden, ESG-integratie via ESG-benchmarks en screening, en SDG-beleggen via ESG-obligaties en private markets beleggingen met een positieve maatschappelijke bijdrage. 

Exposure
Gevoeligheid voor een bepaalde omgevingsfactor. Een pensioenfonds kan bijvoorbeeld exposure hebben naar de Amerikaanse dollar of renteontwikkelingen. Dat betekent dat het pensioenfonds gevoelig is voor valuta- of renteschommelingen.

Feitelijke premie
De feitelijke premie is de premie die we daadwerkelijk hebben geheven in het boekjaar.

Franchise
Het deel van het salaris waarover deelnemers geen pensioen opbouwen. Deelnemers betalen alleen premie over het deel van het salaris dat boven de franchise ligt. Dat is het deel waarover ze pensioen opbouwen.

Futures
Termijncontract waarin toekomstige aankoop en verkoop van financiële waarden zijn vastgelegd. We gebruiken futures om beleggingsrisico’s af te dekken, maar ook voor de uitvoering van (global) tactische asset allocatie.

Gedempte kostendekkende premie
De gedempte kostendekkend premie houdt rekening met het verwachte rendement van de beleggingen. We berekenen de gedempte kostendekkende premie door te kijken naar een voortschrijdend gemiddelde uit het verleden (rente) of naar een verwachting voor de toekomst (rendement).

Gedragscode
Het doel van de gedragscode is de reputatie van het pensioenfonds hoog houden en daarmee het vertrouwen van belanghebbenden. Ook het voorkomen van integriteitsrisico’s is een doel. De gedragscode bevat algemene gedragsregels voor verbonden personen en aanvullende gedragsregels voor insiders. De gedragscode beschrijft onder andere wie verbonden personen en insiders zijn. In de gedragscode staat hoe verbonden personen met vertrouwelijke informatie en met eigendommen van het pensioenfonds moeten omgaan, hoe ze belangenconflicten kunnen voorkomen en wat handel met voorwetenschap is en hoe ze dit kunnen voorkomen.

Gewezen deelnemer
Een deelnemer die pensioen bij ons opbouwde, maar dat nu niet meer doet. En die niet gestopt is met pensioen opbouwen door overlijden, het bereiken van de 67-jarige leeftijd of een eerdere ingang van het pensioen. Een gewezen deelnemer heeft zijn pensioenaanspraken niet overgedragen aan een ander pensioenfonds.

Goed pensioenfondsbestuur (corporate governance)
Goed pensioenfondsbestuur is het integer en transparant handelen door het bestuur en het toezicht. Het bestuur legt daarbij verantwoording af over het gevoerde beleid.

Haalbaarheidstoets
De haalbaarheidstoets geeft inzicht in de samenhang tussen de financiële opzet, het verwachte pensioenresultaat en de bijbehorende risico’s. Pensioenfondsen moeten elk jaar een haalbaarheidstoets doen.

High Yield-obligatie
High yield-obligaties zijn obligaties met een (relatief) hoog rendement, maar ook met een relatief hoog risico. Het zijn obligaties van bedrijven of landen met een relatief lage rating of kredietwaardigheid. Ter compensatie van het risico van zo’n obligatie is de rente hoger dan op een obligatie van een onderneming met een betere rating.

IMVB-convenant
Een belofte van de Nederlandse pensioensector om de OESO richtlijnen voor multinationale bedrijven en UN Guiding Principles on Business and Human Rights te implementeren. Dit betekent dat pensioenfondsen ‘gepaste zorgvuldigheid’ toepassen rondom de effecten van hun beleggingen op mens, milieu en maatschappij.

Incidentenregeling
De incidentenregeling geeft aan welke stappen we moeten volgen als we vermoeden dat er sprake is van een incident binnen het pensioenfonds. Het doel is schade aan de integere en beheerste bedrijfsvoering te voorkomen.

Invaren
Het omzetten van de opgebouwde pensioenaanspraken naar het ‘persoonlijk’ pensioenvermogen bij de overgang naar de nieuwe pensioenregeling.

Investment grade obligatie
Obligaties met een kredietrating BBB of hoger. De markt ziet de tegenpartij van deze obligaties als voldoende kredietwaardig om aan de betalingsverplichtingen te voldoen.

IORP II
IORP II is een Europese richtlijn voor pensioenfondsen. De bepalingen uit IORP II gelden sinds 1 januari 2019. De bepalingen gaan over governance (vooral het inrichten van drie sleutelfuncties: risicobeheer, actuariaat en interne audit), risicomanagement, ESG en communicatie van het pensioenfonds naar de deelnemers.

ISAE 3402
International Standard on Assurance Engagements 3402 (ISAE 3402) is een internationale standaardrapportage over de interne beheersing van uitbestede activiteiten.

ISDA/CSA
De International Swaps and Derivatives Association (ISDA) is een bilaterale raamovereenkomst voor derivatentransacties. De ISDA Master Agreement bevat de standaardafspraken, de ‘Schedule’ bevat de specifieke afspraken en in de Collateral Support Annex (CSA) worden additionele zekerheden over en weer vastgelegd. De CSA wordt aangegaan om het kredietrisico op de tegenpartij te beperken.

Kortlevenrisico
Het risico dat deelnemers korter leven dan we hebben ingeschat. Dan is er meer geld nodig voor de uitkeringen aan nabestaanden.

Kostendekkende premie
Pensioenfondsen moeten een kostendekkende premie berekenen. De kostendekkende premie is het (wettelijk) ijkpunt voor de beoordeling van de feitelijke premie.

Langlevenrisico
Het risico dat deelnemers langer leven dan we veronderstelden bij de vaststelling van de premie en de berekening van de technische voorzieningen.

Mandaat
Het mandaat voor vermogensbeheer bevat de afspraken over het beheer van het vermogen. Dit mandaat heet ook wel beleggingsrichtlijnen of beleggingsinstructie. Het bestuur is verantwoordelijk voor het vaststellen van het mandaat. Het bevat alle beperkingen waarbinnen een vermogensbeheerder vervolgens naar eigen inzicht mag beleggen.

Middelloon(regeling)
In een middelloonregeling bouwt een deelnemer ieder jaar pensioen op over het feitelijke salaris (min de franchise). Al deze jaarlijks opgebouwde aanspraken bij elkaar bepalen het uiteindelijke pensioen. Het pensioen is dus een gewogen gemiddelde van alle pensioengrondslagen uit de hele periode dat een deelnemer deelneemt aan de regeling.

Minimaal vereiste dekkingsgraad
De dekkingsgraad die het pensioenfonds minimaal moet hebben op 31 december van een boekjaar. DNB stelt uitgangspunten vast voor de berekening van de minimaal vereiste dekkingsgraad.

MVB
Zie ESG.

Ouderdomspensioen
Pensioenaanspraak van de (gewezen) deelnemer op de datum waarop het pensioen ingaat.

Outperformance/underperformance
Het rendement dat een vermogensbeheerder heeft behaald vergeleken met het rendement van de benchmark. Een outperformance is een hoger rendement dan de benchmark. Een underperformance is een lager rendement.

Overlevingstafels
Overlevingstafels geven de gemiddelde overlevings- en sterftefrequenties van de bevolking weer. We gebruiken overlevingstafels om de pensioenpremies en de voorzieningen te berekenen. Er zijn aparte overlevingstafels voor mannen en vrouwen.

Over The Counter (OTC)-transactie
Transactie die plaatsvindt buiten de gereguleerde markt.

Partnerpensioen
Een pensioen voor de partner zoals beschreven in het pensioenreglement.

Passief beheer
De beleggingsmanager koopt een mandje van aandelen of obligaties volgens een extern bepaalde index, met als doel om deze index nauwgezet te volgen en daarmee het rendement en risico van deze index te kopiëren.

Pensioendatum
Het moment waarop de deelnemer met pensioen gaat.

Pensioengerechtigde
(Gewezen) deelnemer die volgens de pensioenovereenkomst pensioen krijgt.

Pensioengrondslag
Het gedeelte van het salaris waarover een deelnemer pensioen opbouwt. De pensioengrondslag is het pensioengevend jaarsalaris min de franchise.

Pensioenfederatie
De overkoepelende belangenbehartiger van bijna alle Nederlandse pensioenfondsen. De Pensioenfederatie is een samenvoeging van de vroegere Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen (VB), de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen (OPF) en de Unie van Beroepspensioenfondsen (UvB).

Pensioenovereenkomst
De afspraken die de werkgever en de werknemer(s) over pensioen hebben gemaakt. De afspraken staan in de arbeidsovereenkomst en/of de cao.

Pensioenplanner
Een internettoepassing waarmee deelnemers inzicht hebben in hun opgebouwde pensioenrechten en hun pensioenberekeningen.

Pensioenresultaat
Het pensioenresultaat komt uit de haalbaarheidstoets. Het pensioenresultaat drukt de ontwikkeling van de koopkracht van het pensioen uit. We berekenen het pensioenresultaat door de pensioenuitkering die een deelnemer behaalt volgens het toeslag- en kortingsbeleid van het pensioenfonds te delen door de pensioenuitkering die een deelnemer had kunnen behalen bij volledige toeslagverlening (zonder het toepassen van kortingen).

Pensioenwet
Op 1 januari 2007 trad de Pensioenwet in werking. In de Pensioenwet staan de verplichtingen en rechten van alle betrokkenen bij pensioenopbouw. Het doel van de Pensioenwet is financiële zekerheid, individuele zekerheid en uitvoeringszekerheid.

Prognosetafels
Zie Overlevingstafels.

Rating
De rating van een belegging of een onderneming geeft het kredietrisico of debiteurenrisico weer. Vastrentende waarden hebben bijvoorbeeld pas voldoende kwaliteit vanaf een bepaalde kredietwaardigheid: een rating BBB, A, AA of AAA. Gespecialiseerde bureaus stellen de ratings vast.

Reële dekkingsgraad
Dekkingsgraad die er rekening mee houdt dat de pensioenen in de toekomst meestijgen met de prijzen.

Rentetermijnstructuur (RTS)
De rentetermijnstructuur, of yield curve, is een grafiek die het verband weergeeft tussen de looptijd van een vastrentende belegging en de daarop te ontvangen marktrente. Een normale rentetermijnstructuur heeft een stijgend verloop. Want als iemand zijn geld voor een langere periode uitleent, krijgt hij normaliter een hogere vergoeding dan bij een lening over een korte termijn.

Reservetekort
Pensioenfondsen moeten extra vermogen hebben om bepaalde risico’s op te vangen. Toezichthouder DNB stelt minimale eisen aan dat extra vermogen. Er is een reservetekort als het eigen vermogen lager is dan het vereist eigen vermogen, maar hoger dan het minimaal vereist eigen vermogen.

RJ610
Richtlijn van de Raad voor de Jaarverslaggeving voor pensioenfondsen. In de RJ610 staan voorwaarden voor het jaarverslag en de jaarrekening

SDG’s (Sustainable Development Goals)
Dit zijn de 17 duurzaamheidsdoelen van de Verenigde Naties. De 196 landen van de wereld hebben deze doelen samen afgesproken. Ze spraken ook af dat ze de doelen in 2030 willen halen. Voorbeelden van doelen zijn: gendergelijkheid, toegang tot duurzame en schone energie, economische groei in combinatie met fatsoenlijke arbeidsomstandigheden, en armoede wegnemen.

Securities lending
De global custodian kan securities (effecten) tijdelijk uitlenen tegen een vergoeding aan een kredietwaardige tegenpartij. Deze tegenpartij moet de volledige leenperiode een volwaardig onderpand leveren en aanhouden bij de global custodian.

Service Level Agreement
Een Service Level Agreement (SLA) is een schriftelijke overeenkomst tussen een aanbieder en een afnemer van diensten. In een SLA staan de diensten, de rechten en plichten en het afgesproken kwaliteitsniveau.

SFDR-verordening
Een EU-verordening die toeziet op de verschaffing van publieke duurzaamheidsinformatie over financiële bedrijven en financiële producten volgens een uniform systeem.

Spread
Het verschil tussen de aan- en verkoopprijs van obligaties.

Sterftetafels
Sterftetafels geven de gemiddelde overlevings- en sterftefrequenties van de Nederlandse bevolking weer. We gebruiken sterftetafels bij het berekenen van pensioenpremies. Er zijn aparte sterftetafels voor mannen en vrouwen: GBM en GBV.

Stichtingskapitaal en reserves
Buffer om mogelijke waardedalingen van de middelen van het pensioenfonds op te vangen. Pensioenfondsen moeten beschikken over een voldoende grote buffer. Met een toereikendheidstoets kunnen we jaarlijks vaststellen of het stichtingskapitaal en de reserves groot genoeg zijn.

Strategische beleggingsmix
De langetermijnverdeling van het vermogen over verschillende beleggingscategorieën (aandelen, vastrentende waarden, onroerend goed). Deze verdeling baseren we grotendeels op de ALM-studie.

Swap
Financieel instrument (derivaat) waarbij gedurende een vaste periode een vaste rente wordt geruild tegen een variabele korte rente. Alleen de rentebedragen worden geruild, niet de hoofdsommen.

Technische voorziening (voorziening pensioenverplichtingen)
We vormen technische voorzieningen om alle pensioenverplichtingen uit de pensioenregeling of andere overeenkomsten te kunnen nakomen.

Toeslagverlening 
Om de koopkracht van pensioenen op peil te houden, kunnen we pensioenen aanpassen. Dan geven we een toeslag op het pensioen. Het bestuur neemt elk jaar een besluit over het wel of niet verhogen van de pensioenaanspraken. De toeslagverlening is voorwaardelijk. We verlenen alleen toeslag als de middelen van het pensioenfonds dit toelaten.

UFR-methodiek
Afkorting van Ultimate Forward Rate. De UFR-methodiek houdt in dat de rente bij zeer lange looptijden naar een afgesproken niveau toe beweegt. De rekenrente die pensioenfondsen moeten gebruiken voor de waardebepaling van toekomstige pensioenverplichtingen wordt hiervan afgeleid (zie Rentetermijnstructuur).

Voorziening pensioenverplichtingen
Zie technische voorziening.

Waardeoverdracht
Het naar een andere pensioenregeling overdragen van de waarde van een opgebouwd pensioenrecht.

Wezenpensioen
Een periodieke uitkering voor de kinderen na het overlijden van een (gewezen) deelnemer aan de pensioenregeling.

Colofon

Uitgegeven door:
Stichting Pensioenfonds UWV
La Guardiaweg 94-114
1043 DL Amsterdam

Correspondentieadres:
La Guardiaweg 94-114
1043 DL Amsterdam

Telefoon (020) 687 22 16
Fax (020) 752 41 28
Internet www.uwvpensioen.nl
Email pensioendesk@uwv.nl

Tekst: Pensioenfonds UWV
Redactie tekst bestuursverslag: Monique Butter
Vormgeving en illustraties: iWink

Versie:
v6.2.18

Met iWink Report maak je professionele online publicaties. Publicaties die je online, in print en als PDF-download kunt aanbieden.

En daarmee voldoe je direct aan de WCAG-wetgeving rond digitale toegankelijkheid.

Eenvoudig, veilig en efficiënt.

Meer over iWink Report