Voorwoord
Voorwoord
Terugblik 2024
Het jaar 2024 was voor ons pensioenfonds een bewogen jaar, waarin verschillende belangrijke ontwikkelingen samenkwamen. Het bestuur heeft besluiten genomen op het gebied van de premievaststelling en de toeslagverlening. Daarnaast is er veel aandacht besteed aan de voorbereiding op de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel. Beide thema’s hebben in belangrijke mate de bestuursagenda bepaald.
Wet toekomst pensioenen
De uitwerking van de Wet toekomst pensioenen (WTP) was zonder twijfel de grootste uitdaging van het afgelopen jaar en blijft dat ook voor de komende periode. Hoewel de wet in theorie een eenvoudigere pensioenwereld belooft, blijkt de praktische invoering ervan buitengewoon complex. Het is een omvangrijke operatie die gepaard gaat met veel onzekerheden, wat ertoe leidt dat zowel interne als externe toezichthouders aanvullende voorwaarden stellen. Ook de cao-partijen hebben aanzienlijke inspanningen geleverd om tot de invulling van de nieuwe pensioenregeling te komen. Gelukkig is het hen gelukt om een transitieplan aan te bieden.
Beoordeling transitieplan
Het door cao-partijen aangeboden transitieplan vormt de basis voor het implementatieplan om de overgang in de praktijk te realiseren. Als bestuur moeten we dit plan zorgvuldig beoordelen op evenwichtigheid, uitvoerbaarheid en financiële soliditeit. Aansluitend op deze beoordeling volgt de verdere invulling van een gedetailleerd implementatieplan en invaarbesluit, dat vervolgens door De Nederlandsche Bank moet worden goedgekeurd. Deze toezichthouder is, net als het fonds, begrijpelijkerwijs extra zorgvuldig bij deze historische operatie, waarbij in Nederland honderden miljarden worden toegedeeld.
Bescheiden toeslag voor alle deelnemers
In 2024 hebben we de pensioenen van de actieven kunnen verhogen met 6,5 procent, doordat we de cao-loonsverhoging konden doorvertalen naar de pensioenen. Voor de gepensioneerden en slapers konden we geen toeslag doorvoeren. We begrijpen dat deze groep daar teleurgesteld over is en zouden dit zelf ook liever anders zien. Het bestuur moet zich echter houden aan de pensioenregeling van de cao-partijen, waardoor we op dat moment geen andere beslissing konden nemen, omdat de prijsindex negatief was (-1,4 procent ). Per 1 januari 2025 hebben we een bescheiden verhoging kunnen doorvoeren, met 3,26 procent voor actieven en 1 procent voor slapers en gepensioneerden. Bij het verhogen van de pensioenen moeten we rekening houden met de huidige regelgeving, maar ook de toekomstige gevolgen van een verhoging, ook rond het moment van invaren, op de dekkingsgraad. Gezien de aanhoudende inflatie zijn de doorgevoerde verhogingen, hoe bescheiden ook, van groot belang voor onze deelnemers.
Goede beleggingsrendementen
Ondanks een rentedaling in 2024 hebben we dankzij goede beleggingsrendementen onze financiële situatie kunnen verbeteren, wat de toeslagverlening mogelijk maakte. Met het oog op de aanstaande transitie naar het nieuwe pensioenstelsel blijft prudentie geboden. We hebben een dekkingsgraad van rond de 115 procent nodig om ons comfortabel te voelen bij de overgang. Deze buffer is nodig voor verplichte reserves, het vormen van een solidariteitsreserve, de compensatie voor bepaalde groepen deelnemers en om daarnaast de persoonlijke pensioenvermogens te kunnen verhogen.
Webinars voor de deelnemers
Op het gebied van communicatie hebben we in 2024 belangrijke stappen gezet. We hebben drie succesvolle webinars georganiseerd om deelnemers te informeren over de aanstaande veranderingen in het pensioenstelsel. Deze webinars hebben veel deelnemers bereikt en geactiveerd om na te denken over hun pensioensituatie. Een belangrijk inzicht uit deze communicatie-inspanningen is dat we mannelijke deelnemers, die de meerderheid van ons deelnemersbestand vormen, beter bereiken dan de vrouwelijke deelnemers. Dit is een aandachtspunt voor 2025, waarin we onze communicatiecampagnes effectiever willen richten op de vrouwelijke deelnemers.
Blik op de toekomst
Terwijl we ons voorbereiden op de transitie kijken we ook verder vooruit. We moeten niet alleen de overgang zelf goed regelen, maar ook nadenken over hoe we het fonds in de nieuwe wereld gaan besturen. Bij Pensioenfonds UWV hebben de cao-partijen gekozen voor de solidaire premieregeling, waardoor deelnemers niet zelf hoeven te beslissen over hun beleggingen, maar deel blijven uitmaken van een collectief waarin voor hen wordt belegd. Hierover moeten we goede verantwoording afleggen aan de deelnemers, temeer omdat ze meer worden blootgesteld aan risico's.
In het nieuwe stelsel krijgen deelnemers meer eigen verantwoordelijkheid. Dit vraagt om een andere manier van communiceren en om nieuwe dienstverlening die deelnemers in staat stelt hier goed mee om te gaan.
Als bestuur zullen we in 2025 niet alleen focussen op een zorgvuldige implementatie van het nieuwe pensioenstelsel, maar ook op het vormgeven van onze rol in de periode daarna. Daarbij staat voorop dat we, net als nu, blijven werken aan het realiseren van zo koopkrachtig mogelijke pensioenen voor al onze deelnemers.
Amsterdam, 26 juni 2025
Toine van der Stee
Voorzitter van het bestuur van Stichting Pensioenfonds UWV